Vrije tijd en ontmoeting
In de eerste jaren na hun komst naar Nederland hadden Marokkaanse arbeidsmigranten weinig tijd voor cultuur. Ze werkten lange dagen, vaak zes dagen per week. In hun vrije tijd ontmoetten ze elkaar in pensions, cafés of bij verenigingen en welzijnsorganisaties. In de pensions speelden ze kaart- of bordspellen en luisterden naar de radio.
Media
Al vanaf de jaren ’60 ontstonden er media die specifiek gericht waren op de Marokkaanse gemeenschap in Nederland.
In 1966 begon Sawt Al-Umaal al Maghariba (De stem van de Marokkaanse arbeiders), een radioprogramma waarin nieuws uit Nederland en Marokko werd gebracht, samen met populaire muziek. Het programma was kort, slechts twintig minuten.
Een ander bekend programma was Paspoort, dat van 1974 tot 1992 op de Nederlandse televisie te zien was. Het programma bood nieuws uit Nederland en het herkomstland en was in verschillende talen te bekijken. De Marokkaanse editie, later Jaouaz genoemd, werd uitgezonden op zaterdag en was ondertiteld in het Nederlands. Het programma had ook een populaire rubriek met het kinderprogramma Oom Hidouane.
In de jaren ’80 en ’90 kwamen er meer lokale en nationale media-initiatieven, waaronder Migrantentelevisie Amsterdam (MTV), waar verschillende bekende gezichten zoals Noraly Beyer, Ahmed Aboutaleb en Samira Bouchibti hun carrière begonnen. MTV werd later uitgebreid naar andere steden, maar op 1 januari 2013 stopte MTV, toen bekend als MTNL, met uitzenden. Nu zijn alle 4000 uur aan uitzendingen gedigitaliseerd en beschikbaar voor het publiek.
Er waren ook verschillende radioprogramma’s gericht op Marokkaanse Amsterdammers, zoals Kefta TV, Radio Fantasia en Radio Saout el Mouhajir. Dit laatste programma was een initiatief van de Stedelijke Marokkaanse Raad (SMR) dat ook het tijdschrift de Meraat (in Arabisch en Nederlands) uitgaf.
Culturele festivals en Moussems
Vanaf de jaren ‘60 werden culturele avonden en theater georganiseerd in clubhuizen. Publiciteit was nauwelijks nodig; een aankondiging in een pension verspreidde zich snel door de stad.
Vanaf de jaren ‘80 werden er moussems, culturele festivals, georganiseerd. De moussem was oorspronkelijk een oogstfeest in Marokko. Deze feesten waren belangrijk om banden te versterken en cultuur te vieren en te delen .In de jaren ’80 bracht het KMAN met andere organisaties dit feest naar Europa. Het moussemfestival vond plaats in verschillende Europese steden. In Amsterdam vond het plaats in 1982, 1987 en 1995.
Muziek en dans
Muziek speelde een grote rol in de vroege culturele activiteiten van de Marokkaanse gemeenschap in Nederland. De Noord-Afrikaanse Muziekgroep, met Mustapha Slaby (darboeka) en Fouad Bennis (luit), was een van de eerste muziekgroepen die optrad in Nederland. Zij reisden door het land en verzorgden optredens voor Marokkaanse gemeenschappen en andere geïnteresseerden.
Mustapha Slaby (geboren in Ftouaka, 1942) was ook de drijvende kracht achter de Marokkaanse sociëteit in het Koning Willemshuis in de Egelantiersstraat. Hij transformeerde de sociëteit in een cultureel centrum met muziek, dans en theater. Instructeur Hoceine Ben Mbarek gaf danslessen in de Ahidous, een Amazigh-dans uit de Midden-Atlas.
In 1984 richtte Mustafa Ashraf de eerste Nederlandse rai-band, Noujoum Amsterdam, op. Hij was jarenlang een van de bekendste rai-artiesten (chebs) van Nederland.
Sinds 2002 is Stichting Marmoucha actief in het ontwikkelen en promoten van podiumkunsten als muziek en muziektheater uit Noord-Afrika en het Midden-Oosten (MENA-regio). Daarnaast presenteert Marmoucha ook Nederlandse kunst en cultuur in deze regio.
Het Amsterdams Andalusisch Orkest (AAO) werd in 2011 opgericht met als doel het Andalusisch erfgoed op het gebied van kunst en cultuur te verbinden met het heden. Het AAO brengt niet alleen de muziek terug naar Europa, maar combineert deze ook met bestaande en zelfgeschreven verhalen, gedichten en theater.
Samira’s Blues is een project van schrijfster en zangeres Samira Dainan. Ze is geboren in Amsterdam, met een Nederlands-Indische moeder en een Marokkaanse vader, de kunstenaar Ahmed Dainan. In haar muziek zoekt ze naar haar roots, geïnspireerd door het ritme, de trance en spirituele teksten van de Marokkaanse muziek.
SEF, oftewel Yousef Gnaoui, is een Nederlandse rapper en zoon van acteur Hassan Gnaoui. Hij werd bekend met nummers als ‘Me Nikes’ met The Opposites en ‘Stuk’ met The Partysquad, Dio en Sjaak. SEF is ook lid van de rapgroep Flinke Namen. Begin 2024 won hij een Edison voor het beste album van het jaar: Ik Zou Voor Veel Kunnen Sterven Maar Niet Voor Een Vlag
Andere musici die inspiratie putten uit de rijke Marokkaanse muziekcultuur zijn onder andere Sami el Ghouslivan de band Kasba, ‘Ud-speler Mohamed Ahaddaf en zangeres Karima El Filali.
Theater en film
Er zijn inmiddels tientallen acteurs van Marokkaanse herkomst die in Amsterdam geboren zijn en er langere tijd hebben gewoond. Een korte selectie:
Hoceine Mnine, geboren in 1943 in Tetouan kwam in 1966 naar Nederland, waar hij eerst in een fabriek werkte en mime speelde in een centrum voor buitenlandse arbeiders. Later verhuisde hij naar Amsterdam en volgde hij lessen aan de Mimeschool, terwijl hij werkte als afwasser. Hij werd ontdekt door de beroemde Rob van Reijn, die hem een plek gaf in zijn theatergezelschap. Mnine was de eerste Marokkaan in Nederland die professioneel theater maakte.
Hassan Gnaoui (1944-2002) was een poppenspeler, acteur en regisseur van Marokkaanse afkomst, en de vader van rapper SEF. Hij kwam eind jaren ’70 als theatermaker uit Rabat naar Nederland. Hassan werd bekend door zijn rol als fotograaf in de comedyserie Prettig Geregeld en door zijn werk in de serie Paspoort.
Lang voordat Najib Amhali naam maakte als cabaretier, trad Marokkaanse Amsterdammer Karim Mounir al op met zijn eigen cabaretvoorstellingen. Later werd hij vooral bekend als acteur in Goede Tijden Slechte Tijden, en Dunya en Desi.
Mimoun Oaïssa (1975) is een acteur en scenarioschrijver, geboren in Marokko en op jonge leeftijd naar Nederland verhuisd. In 1999 studeerde hij af aan de Toneelschool in Amsterdam en sloot hij zich aan bij Toneelgroep Amsterdam. Hij ontwikkelde samen met Albert ter Heerdt de film Shouf Shouf Habibi! (2004), waarin hij de hoofdrol speelde. Daarna speelde hij in Het Schnitzelparadijs (2005), waarmee hij een Gouden Kalf won. Beide films werden grote successen.
Myriam Sahraoui was samen met Elly Ludenhoff, Nazmiye Oral en Adelheid Roosen oprichter van het Amsterdamse theatergezelschap Zina. Ze is maker, speler en projectleider in het Zina wijkatelier De Vlugt in Slotermeer. Samen met Jalal Bouzamour maakte zij de serie ‘Groeten uit Holland’ over vijf Marokkaanse eerste generatie vrouwen die een roadtrip door Nederland maken (BNN/VARA); de serie werd geselecteerd voor de Prix Europa (2018) en won de Marokkaanse Diwan award in 2019.
De Amsterdamse Maryam Hassouni werd bekend op haar vijftiende door haar rol als Dunya in Dunya en Desie. In 2006 won ze als eerste Nederlander een Emmy Award voor haar rol als Laila in de film Offers. Ze speelde ook de hoofdrol in de film Meskina (2021). In 2022 bracht ze haar boek Wat de Fak uit, waarin ze afrekent met vooroordelen en wangedrag in de film- en televisiewereld.
Soumaya Ahouaoui (1986) studeerde in 2012 af aan de Toneelschool en Kleinkunstacademie in Amsterdam. Daarna speelde ze bij Theater Utrecht, de Toneelmakerij, Oostpool en Het Nationale Theater. Naast theater speelde Ahouaoui in films en series, zoals Marokkaanse bruiloft, en is ze sinds 2023 te zien als politiek verslaggever in De Avondshow met Arjen Lubach.
Mohammed Azaay studeerde in 2000 af aan de Toneelschool in Amsterdam en werkt sindsdien als freelance acteur en theatermaker. Hij speelde bij verschillende gezelschappen zoals Het Nationale Toneel en Toneelgroep Amsterdam. Hij won een Gouden Kalf voor zijn rol in Layla M. en speelde een hoofdrol in Jihad van liefde.
Bijzondere producties
Melk & Dadels is een voorstelling waarin vier jonge Marokkaans-Nederlandse actrices hun persoonlijke verhalen delen: eerlijk over pijn, zacht en kwetsbaar over vreugde in zowel de Marokkaanse als Nederlandse cultuur. De voorstelling, die was gemaakt door regisseur Daria Bukvić en schrijver en voormalig politicus Tofik Dibi, werd gespeeld door Soumaya Ahouaoui, Kyra Bououargane, Fadua El Akchaoui en Nora El Koussour
El Houb is het regiedebuut van Shariff Nasr, met Fahd Larhzaoui in de hoofdrol, samen met Lubna Azabal en Slimane Dazi. De film maakt de gevoeligheid rond coming-out in de Nederlands-Marokkaanse gemeenschap bespreekbaar. De film beleefde zijn wereldpremière op het Frameline Film Festival in San Francisco.
De Marokkaanse roots van het De la Mar theater
Het De La Mar Theater in Amsterdam, opgericht in 1947 door Piet Grossouw, heeft ‘Marokkaanse roots’. Het is vernoemd naar Nap de la Mar, de vader van actrice Fien de la Mar. De overgrootvader van Nap, Masahod de la Mar, was een Joods-Sefardische ambassadeur en koopman uit Mogador (nu Essaouira). Hij kwam in 1775 naar Amsterdam namens de koning van Marokko en trouwde daar in 1781 met Rachel Mendes da Costa, met wie hij zeven kinderen kreeg.
Literatuur
Mohamed Nasr wordt beschouwd als de eerste Nederlands-Marokkaanse schrijver. Hij publiceerde onder andere de roman Ahmed, het verhaal van een gastarbeider (1984) en De Elfstedentocht (1987).
Sindsdien is er een mooie lijst auteurs van Marokkaanse Amsterdammers op te stellen, waaronder Hafid Bouazza, Naima el Bezaz, Hassan Bahara, Mustafa Stitou, Asis Aynan, Rachid Novaire, Abdelkader Benali, Jamal Ouariachi en Mano Bouzamour.
El Hizjra
El Hizjra begon in 1987 als boekwinkel in Amsterdam om een brug te vormen tussen de Arabische en Westerse literatuur. Sinds 1992 organiseert de stichting jaarlijks een invloedrijke literaire schrijfwedstrijd om jonge schrijvers van Arabische en Berberse afkomst aan te moedigen gedichten en korte verhalen te schrijven.
Hafid Bouazza 8 maart 1970 – Amsterdam, 29 april 2021
Hafid Bouazza debuteerde in 1996 met de verhalenbundel De voeten van Abdullah, waarvoor hij de E. du Perronprijs ontving. Naast proza schreef hij toneelstukken en vertaalde Shakespeare en klassieke Arabische poëzie. In 2003 kreeg hij de Amsterdamprijs voor de Kunsten en in 2004 de Gouden Uil voor zijn roman Paravion. Bouazza zag zichzelf als een “man van extase,” waarbij taal, muziek en alcohol middelen waren om die extase te bereiken. Bouazza was een vrijdenker die streed voor individuele vrijheid en keerde zich tegen het idee van een collectieve identiteit gebaseerd op afkomst of religie. Bouazza benadrukte dat hij niet als “allochtoon schrijver” gezien wilde worden: “Ik schrijf Nederlands, geen allochtoons” zei hij in een interview met De Meraat.
Abdelkader Benali (1975) debuteerde in 1996 met de roman Bruiloft aan zee. In 2003 won hij de Libris Literatuur Prijs voor zijn tweede roman, De langverwachte. Naast romans schrijft Benali ook theaterstukken, essays, artikelen en columns. In 2016 maakte hij samen met zijn vrouw Saïda de televisieserie Chez Benali, waarvan ook een gelijknamig kookboek verscheen. In 2020 ontving hij de Gouden Ganzenveer voor zijn grote bijdrage aan het geschreven woord in de Nederlandse taal. Daarnaast schreef hij een essay over Jan Janszoon, een Nederlandse piraat in Marokkaanse dienst, waarover hij in 2024 een documentaire maakte.
Naima el Bezaz 3 maart 1974 – 7 augustus 2020
Naima El Bezaz debuteerde op 21-jarige leeftijd met De weg naar het noorden, rond dezelfde tijd als Abdelkader Benali en Hafid Bouazza. Haar roman Minnares van de Duivel werd in 2002 een bestseller nadat ze een erotische passage voorlas in het programma Kopspijkers. Haar motto was: “Taboes zijn er om doorbroken te worden.” Haar openheid over seksualiteit leverde haar bedreigingen op. El Bezaz’ grootste succes kwam in 2010 met Vinexvrouwen, waarin ze haar leven in een vinexwijk in Zaandam beschreef, evenals haar langdurige strijd tegen depressies.
Jamal Ouariachi (1978)
Jamal Ouariachi (1978) debuteerde in 2010 met De vernietiging van Prosper Morèl. Zijn roman Vertedering(2013) werd genomineerd voor de BNG Bank Literatuurprijs en De Gouden Boekenuil. Voor zijn roman Een honger (2015) ontving hij de EU-Prijs voor Literatuur en de BNG Bank Literatuurprijs. Het boek werd in acht talen vertaald. Naast romans schrijft Ouariachi essays, columns voor Trouw en theaterteksten. Ook is hij schrijfdocent. Jamal is de zoon van Mimoun Ouariachi, die zich jarenlang vrijwillig inzette voor verschillende Marokkaans Amsterdamse organisaties. Mimoun was onder andere actief als bestuurder van de Stedelijke Marokkaanse Raad en Emcemo.
Safae el Khannoussi (1994)
De debuutroman Oroppa van Safae el Khannoussi werd in 2024 in alle grote kranten met juichende recensies ontvangen. Behalve schrijver is Safae docent en promovendus. Ze schrijft een proefschrift over politieke filosofie en gevangenisabolitionisme vanuit dekoloniaal perspectief. El Khannoussi, opgegroeid in de Amsterdamse Rivierenbuurt, put uit de verteltraditie van haar familie, waarin verhalen haar hielpen angsten te overwinnen.
De Berberbibliotheek
De Berberbibliotheek (Uitgeverij Jurgen Maas) is een initiatief van schrijver Asis Aynan en omvat boeken van auteurs met Amazigh roots. Boeken van schrijvers als Tahar Djaout, Khateb Yacine, Mohammed Chacha en Mohammed Choukri verschenen er voor het eerst in het Nederlands. Het sluitstuk van de reeks is de bundel Vallende tijd, met een selectie uit het werk van vier grote dichters uit de Rif: Mohammed Chacha, Ahmed Ziani, Fadma el Ouariachi en Mimoun el Walid.
